VADER
De eerste volle februarizon, een feest van warmte en licht na de donkere dagen, wekt het vuur in de paarden. Ze hollen en dollen door de kaalgevreten wei. Aruna geniet met enige huiver van deze losbarstende energie. Ze waagt zich niet tussen de paarden.
Er gaat een man komen voor een paardenwandeling. Hoe gaat ze de moed vinden haar merrie uit deze bruisende kudde te halen?
Ze sprokkelt wat hout voor een vuurtje in de hoop dat dit haar rust brengt.
De paardengekte is nog steeds bezig als de man toekomt. Hij heeft er geen oog voor, stort in bij haar vuur. Hij snikt met grote schokken, stil is ze bij hem aanwezig. Scotti, de leider van de kudde, komt bij de omheining staan en zucht diep. De merries worden langzaam rustiger en beginnen te grazen aan het korte gras. De man hervindt zijn adem en vertelt zijn verhaal. Zijn vrouw en hij zijn een paar maanden gescheiden. Hij kijkt er telkens zo naar uit als de kinderen komen. En vlak voor ze er zijn stort hij in en kan alleen maar huilen. Hij begint weer te snikken. Het is zo fijn bij zijn kinderen. Hij heeft angst telkens wanneer ze komen omdat hij weet dat hij hen ook weer moet laten gaan. In een zucht zijn de heerlijke dagen voorbij.
Aruna aarzelt. Ze wil Ilmbjörk uit de weide halen, bij deze moedermerrie voelt ze zich het veiligst. Ze hoort de stem van haar leermeester: “Mannen kunnen mannen dragen. Waar een jongen opgroeit met gemis aan vader, heeft hij dit nooit geleerd en leunt te veel aan bij vrouwen.” Scotti briest. Ze verzamelt al haar moed en haalt hem uit de weide. Hier is mannenenergie nodig.
In contact met Scotti vraagt ze de man naar zijn vader. Toen hij één jaar was, is zijn vader weggegaan. Hij zag hem voortaan, en nog steeds, drie keer per jaar. Het is telkens heel fijn.
Scotti is een heerlijk stoere ruin, hij zit comfortabel als een zetel een heeft krachtige, ruime gang.
De man voelt zich meteen gedragen. Ze laat hem contact maken met het afscheid nemen van zijn kinderen, elke week opnieuw. De tranen vloeien opnieuw over zijn wangen, nu vinden ze een bedding in de kalme, brede gang van het paard. Van daaruit maakt Aruna de verbinding met zijn eigen gemis aan vader. Eerst is hij weigerachtig. Stap voor stap vraagt ze diep en rustig te ademen en kan hij de verbinding maken.
Ze nodigt hem uit om de beweging van het gedragen worden door Scotti te laten doorstromen in heel zijn lijf. Het lukt telkens even, dan valt hij weer uit de cadans van het paard. Samen gaan ze de weg en leert hij zich te laten dragen door mannenenergie en te zijn bij al wat is.
Zo kan wat hij al jong gemist heeft, zich gedragen weten, later nog ontstaan.
Wie zich gedragen weet sterkt zijn eigen innerlijke draagkracht.
HET LIED VAN ROZEMIEKE
DESTRUCTIEMATERIAAL
JE ZELF VERTROUWEN
STERVEN
De eerste vrouw
OERVERLANGEN
DE DIEPTE NEMEN
AFSCHEID OVER DE GRENS
DE OOIEVAAR
GESLAGEN
AARDVADER
DE DROOM AANNEMEN
AFRIKAANSE HUT
DE ZAADGEVER
MOEDER ZIJN
GELE WOLVENOGEN
een hap uit de maan
het moeras
ménage à trois
PANISCH GEDICHT
verloren lopen
GEVOELIG EN GEWETENSVOL
DRIE ZUSSEN
VERGEVEN
geboren worden
VOORGAAN
L’arbe
hartklem
WEES ECHT EN NIET VERLEGEN
incarneren
MONARKENGRAF
DE ARMEN VAN DE DOOD
de ontheemden
AFSCHEIDSBRIEF
GEKERFDE HANDEN
de tijger
de moedergroep
ooievaarsvrouw
DE KRING SLUITEN
MENSWORDEN
GEBOORTEDAG
EEN DRUPPELTJE MEDICIJN
IN DE VIS
ELF MANNEN IN DE WOESTIJN
Grot
GEVANGEN
MIJN ZUSJE
HEILIGE NACHTEN
DE WATERPUT
mishandeld
GESPREK MET EEN OUDERLING
GEDRAGEN DOOR ILMBJÖRK
hongersex
DE MOED DER WANHOOP
GOUDIEP
HEIMWEE
KEUKENHANDDOEK
MIJMERINGEN BIJ EEN ZIEK VEULEN
HENGSTENDANS
IJSKOUD
REEBOK IN DE WEI
Oude man
GEBROKEN
MIJN ZOON
PAARDENKLANKEN
Ik ben een steen
op verhaal komen
moleculendroom
Liefde
ZOMERDROMEN
IK ZIE HET HARTJE KLOPPEN
De voetwassing
Hoe ik meter word van een ongeboren kind