Een nieuw opleidingsgroep.
Ze komen voor het eerst samen bij Aruna, nog wat onwennig.
Hoewel het warm is, heeft Aruna een vuur aangestoken. Vuur helpt om toe te komen, verbindt en nodigt uit om te verstillen, te luisteren en je verhaal te vertellen.
Het is een stille groep, iedereen is wat gereserveerd. Een droom vertellen is altijd spannend. Een man vat moed en vraagt of het een droom van hem moet zijn. Hij wil graag een droom van zijn zoon inbrengen, een droom die steeds terugkeert.
Als vader weet hij niet hoe hij er op moet reageren. Hij herinnert zich geen concrete droom meer, maar wel het thema dat in verschillende variaties steeds opduikt.
Er is een nest waar een ei in ligt en zijn zoon moet er voor zorgen. Maar steeds opnieuw loopt het fout met het ei. Het valt uit zijn handen, wordt gestolen, een heksachtige vrouw slaat het stuk, het waait hevig en de boom waarin het nest is waait om… .
Telkens wordt de jongen wakker met heel veel schuldgevoelens en verdriet. Soms zo sterk dat hij het verlangen uit om dood te zijn.
Zijn zoon is nu elf, hij droomt dit al jaren.
Aruna stelt hem voor om in contact met de droom aan zijn zoon te vragen waar hij zo naar verlangt. De vader begrijpt haar niet goed.
Aruna vraagt aan de andere deelnemers: “Heeft iemand contact met de droombeelden van zijn zoon en wil je de droom vertellen alsof het jou droom is?”.
Eén vrouw wil wel.
Aruna merkt dat de vrouw zich echt kan verbinden met het droomverhaal.
Ze vraagt haar: “Als je de droom zo helemaal toelaat, wat zou je dan het liefste willen?”
“Een kindje,” antwoordt ze prompt en meteen schiet haar gemoed vol. Ze wil zo graag een kind en het komt maar niet. Samen zijn ze even bij haar verdriet.
Aruna vraagt de vader of hij haar vraag nu wel verstaat. Ja, hij zal zijn zoon de droom te vertellen en naar zijn verlangen vragen.
De volgende samenkomst vertelt de vader dat hij zijn zoon naar zijn verlangen gevraagd heeft:hij wil zo graag een broertje.
Het wordt heel stil, alsof er iets nog niet gezegd is.
“Een tweelingbroertje?” vraagt Aruna.
De man knikt ja, hij wil een tweelingbroertje.
“Hoe weet je dat?”
“Is er een tweelingbroertje gestorven?”
Bij zijn weten niet.
“Is hij te vroeg geboren?”
“Niet echt, drie weken, maar hij was een stevige boreling.”
“Bij tweelingverlies kan er een bloeding optreden die als menstruatie ervaren wordt, en dan lijkt het alsof de overlevende tweeling iets te vroeg geboren wordt. In combinatie met de droom is zijn vroeg geboren worden en het verlangen naar een tweelingbroer een indicatie voor tweelingverlies.
Aruna legt uit dat de prenatale wereld één is, er is geen ik en geen gij, het is een al-wereld. Dus al wat er gebeurt, daar ben je ook deel van.
“Als je naar de dromen van je zoon luistert, merk je dat hij zich verantwoordelijk voelt voor het ei, dus ook voor het tweelingverlies, dat hij zich schuldig voelt, verdrietig is en soms naar de dood verlangt en hierin verlangt hij ook om bij zijn tweeling te zijn. En ook moeder behoort tot die al-wereld en wordt in de zielenbeelden als heks verantwoordelijk gesteld.”
De vader vraagt wat hij hierin kan doen.
Aruna antwoordt: ”De droom aannemen, aannemen en nog eens aannemen, precies zoals hij is, zonder te verklaren.
En dan hem verbinden met zijn verlangen dat hij een tweelingbroer wil, dat zijn leven in de baarmoeder mogelijks als tweeling begonnen is en dat zijn tweelingverwant gestorven is en dat dit niet in zijn handen ligt, ook niet in die van zijn moeder, het leven heeft het zo gebracht, dat hij voor het ei wil zorgen, dat dit niet gelukt is, er altijd gebeurt er wel iets…
Zijn dromen laten al die bewegingen zien… . Zeg hem dat hij, noch zijn moeder daar iets aan kon doen. Ontschuldig hen.
Het kan dat hij zijn tweelingverwant een naam wil geven en afscheid nemen. Maar hou het eenvoudig, dramatiseer niet, blijf eenvoudig bij wat is.”
Hij heeft het zijn vrouw vertelt. Ze sloot zich er voor af, ze kon de mogelijkheid dat ze zwanger geweest is van een tweeling niet toelaten. Aruna raadt hem aan om samen met haar verbinding te maken met het diepe verlangen van zijn zoon: een tweelingbroer hebben. En als dat lukt ook met zijn verdriet dat die niet geboren is.
Hij knikt, ja, dat kunnen ze misschien samen doen.
En zijn zoon wil hij het lang verlangde hondje geven, een maatje waarvoor hij kan zorgen en mee op stap kan gaan. Als vader heeft zich zo lang tegen een hond verzet, nu kan hij het hem van harte gunnen.
De vrouw die een onvervulde kinderwens heeft, luistert stil. Wonderlijk hoe de droom van deze jongen zich met haar kinderwens verbindt. Nu is ze klaar om verantwoordelijkheid te nemen voor haar verlangen. Vijfendertig is ze, ze wil een volgende stap nemen en medisch advies vragen om haar kinderwens een kans te geven. Hoe ver ze hierin wil gaan, weet ze nog niet, dat zal gaandeweg wel blijken.
Aruna leert hen aan de hand van deze droom om de droom aan te nemen, precies zoals hij is, dan kan hij zijn rijkdom tonen en zich verbinden me het wezen van de dromer.
Je kan in het beeld van het ei, het ei vastleggen als de tweelingbroer, maar dan klap je het beeld toe. Want in het beeld schuilt nog een waaier van andere mogelijkheden. Niet alleen voor de dromer zelf. De droom is ook betekenisvol voor andere mensen zoals in dit geval voor vrouw die verbonden wordt met haar verlangen naar een kindje, haar verlangen om moeder te worden.
Iemand vult aan, dat hij bij het horen van de droom en het ei zichzelf een jongetje voelde dat zijn eigen groeimogelijkheden onvoldoende benut heeft. Daarom is hij hier, hij wil zijn potentieel waarmaken.
Een droom heeft naast het hoogst persoonlijke ook een archetypische laag die zich verbindt met meerdere mensen.
Een nieuw opleidingsgroep. Ze komen voor het eerst samen bij Aruna, nog wat onwennig, ze kenen elkaar niet. Hoewel het warm is, heeft Aruna een vuur aangestoken. Vuur helpt om toe te komen, verbindt en nodigt uit om te verstillen, te luisteren en je verhaal te vertellen.
Het is een stille groep, iedereen is wat gereserveerd. Een droom vertellen is altijd spannend. Een man vat moed en vraagt of het een droom van hem moet zijn. Hij wil graag een droom van zijn zoon vertellen. Een droom die steeds terugkeert, als vader weet hij niet hoe hij er op moet reageren. Hij weet geen concrete droom meer, maar wel het thema dat steeds opduikt.
Er is een nest waar een ei in ligt en zijn zoon moet er voor zorgen. Maar steeds opnieuw loopt het fout met het ei. Het valt uit zijn handen, wordt gestolen, een heksachtige vrouw slaat het stuk, het waait hevig en de boom waarin het nest is waait om… .Telkens wordt de jongen wakker met heel veel schuldgevoelens en verdriet. Soms zo sterk dat hij het verlangen uit om dood te zijn. Zijn zoon is nu elf, hij droomt dit al jaren.Aruna stelt hem voor om zijn zoon in contact met de droom te vragen waar hij zo naar verlangt. De vader begrijpt haar niet goed.
Aruna vraagt aan de andere deelnemers of iemand de droom kan vertellen alsof het zijn droom is.
Een vrouw wil wel. Aruna merkt dat ze zich zo kan verbinden met het droomverhaal. Ze vraagt haar: “Als je de droom zo helemaal toelaat, wat zou je dan het liefste willen?”
“Een kindje,” antwoordt ze prompt en meteen schiet haar gemoed vol. Ze wil zo graag een kind en het komt maar niet. Samen zijn ze even bij haar verdriet.
Aruna vraagt de vader of hij haar vraag nu wel vat? Ja, hij zal zijn zoon in contact met de droom naar zijn verlangen vragen.
De volgende samenkomst vertelt de vader dat hij zijn zoon naar zijn verlangen gevraagd heeft. Hij wil zo graag een broertje.Het wordt heel stil, alsof er iets nog niet gezegd is.
“Een tweelingbroertje?” vraagt Aruna.
De man knikt ja, hij wil een tweelingbroertje.
“Is er een tweelingbroertje gestorven?”
Bij zijn weten niet.
“Is hij te vroeg geboren?”
“Niet echt, drie weken, maar hij was een stevige boreling.”
“Bij tweelingverlies kan er een bloeding optreden die als menstruatie ervaren wordt, en dan lijkt het alsof de overlevende tweeling iets te vroeg geboren wordtAruna legt uit dat de prenatale wereld één is, er is geen ik en geen gij, het is een al-wereld. Dus al wat er gebeurt, daar ben je ook deel van.
“Als je naar de dromen van je zoon luistert, merk je dat hij zich verantwoordelijk voelt voor het ei, dus ook voor het tweelingverlies, dat hij zich schuldig voelt, verdrietig is en naar de dood verlangt en hierin verlangt hij ook om bij zijn tweelingverwant te zijn. En ook moeder behoort tot die al-wereld en wordt in de zielenbeelden als heks verantwoordelijk gesteld.”
De vader vraagt wat hij hierin kan doen.
Aruna antwoordt: ”De droom aannemen, aannemen en nog eens aannemen, precies zoals hij is, zonder te verklaren… “
En dan hem verbinden met zijn verlangen dat hij een tweelingbroer wil, dat zijn leven in de baarmoeder mogelijks als tweeling begonnen is en dat zijn tweelingverwant gestorven is en dat dit niet in zijn handen ligt, ook niet in die van zijn moeder, het leven heeft het zo gebracht, dat hij voor het ei wil zorgen, dat dit niet gelukt is, altijd gebeurt er wel iets. Zijn dromen laten al die bewegingen zien… .”
Het kan dat hij zijn tweelingverwant een naam wil geven en afscheid nemen. Maar hou het eenvoudig, blijf bij wat er is, wat het leven brengt ligt vaak niet in onze handen, hoe wij er mee handelen wel.
Hij heeft het zijn vrouw vertelt. Ze sloot zich ervoor af, ze kon mogelijkheid dat ze zwanger geweest is van een tweeling niet toelaten. Aruna raadt hem aan samen met haar om aansluiting te maken met het diepe verlangen van zijn zoon: een tweelingbroer hebben. En zijn verdriet dat die niet geboren is.
Hij knikt, ja, dat kunnen ze samen wel doen.
En zijn zoon wil hij het lang verlangde hondje geven. Hij heeft zich hier zo lang tegen verzet, nu kan hij het hem van harte gunnen
De vrouw die een onvervulde kinderwens heeft, luistert stil. Wonderlijk hoe de droom van deze jongen zich met haar kinderwens verbindt. Nu is ze klaar om verantwoordelijkheid te nemen voor haar verlangen. Vijfendertig is ze, ze wil een volgende stap nemen en medisch advies vragen om haar kinderwens een kans te geven. Hoe ver ze hierin wil gaan, weet ze nog niet, dat zal gaandeweg wel blijken.
Aruna leert hen aan de hand van deze droom om de droom aan te nemen, precies zoals hij is, dan kan hij zijn rijkdom tonen en zich verbinden me het wezen van de dromer.
Je kan in het beeld van het ei, het ei vastleggen als de tweelingbroer, maar dan klap je het beeld toe. Want in het beeld schuilt nog een waaier van andere mogelijkheden. Niet alleen voor de dromer zelf. De droombeelden zijn verbonden met het wezen van de dromer, en zijn betekenisvol voor andere mensen zoals in dit geval de vrouw haar verlangen naar een kindje, haar verlangen om moeder te worden.
Iemand vult aan, dat hij bij het horen van de droom zichzelf een jongetje voelde dat zijn eigen groeimogelijkheden onvoldoende benut. Een droom heeft naast het hoogst persoonlijke ook een archetypische laag die zich verbindt met meerdere mensen.