DE DIEPTE NEMEN
oorsprong van het verhaal: supervisie, zomerdromen
Al vele jaren komen ze samen, om te praten over hun werk. Hoe dit hen begeestert en doet stilstaan bij hun eigen levenspad.
Aruna is hun mentor en kijkt telkens uit naar hun ontmoetingen: ervaren begeleiders uit verschillende disciplines die er niet voor terug schrikken een missie te hebben, zich met hart en ziel inzetten voor hun medemens en bereid zijn hun eigen handelen in vraag te stellen.
Het is fijn werken eneen eer hun mentor te mogen zijn.
Een vrouw vertelt: ‘Mijn zus is gescheiden, na tweeëntwintig jaar huwelijk werd haar man verliefd op een andere vrouw, een half jaar verder was hij weg.
Voor het eerst maakte ik van dichtbij mee hoe verwoestend een echtscheiding kan zijn. Mijn mooie, lieve, sterke zus ging tot aan de poorten van de dood en verloor zo niet alleen haar man, ook haar plek als warm hart van het gezin.
Pas nu kan ik dit met jullie delen, daarvoor was het te pijnlijk. We zijn een jaar later, ze kan langzaam het licht terug toelaten.’
Aruna vraagt: ‘ Hoe voelt het voor jou om dit met ons te delen?’
‘Het maakt me boos.’
‘Boos?’
‘Ja, op jullie.’
Ze kijkt vrank elk één voor één aan.
De anderen kijken niet begrijpend.
‘Wat maakt je zo boos Nancy?’
‘Ik zie begrip en meeleven, maar mis de verontwaardiging. Het lijkt alsof het oké is om je huwelijksbelofte te breken. Alsof je maar mee moet gaan met de tijd en co-ouderschap evenwaardig moet vinden aan een hecht gezin. Alsof kinderen niet het best gedijen in een warm gezin waar ouders ook als het moeilijk gaat in liefde samen hun weg zoeken.’
‘Nancy, ik deel jou gezinswaarden, ook al verliezen die aan belang in deze tijd. En elk mens heeft het recht zijn eigen weg te zoeken.’
‘Ook ten koste van een ander?’
‘Het is niet aan ons daarover te oordelen, maar ja, soms gebeurt dat ten koste van de ander. Leven is niet altijd rechtvaardig, en niet elk mens wil rechtvaardig leven. Maar elk mens kan wel kiezen om rechtvaardig te leven, en ook dan is het een hele ontwikkelingsweg.’
Nancy slaagt helemaal toe.
‘Dit gaat niet enkel over je zus. Waarin raakt het jou zo persoonlijk, Nancy?’
Nancy trekt nog dieper naar binnen… haalt diep adem.
‘Ik heb zo’n spijt. Tien jaar geleden begeleidde ik een groep ‘zomerdromen’. Er was een vrouw van zevenenvijftig bij. Haar man had haar verlaten toen de kinderen het huis uitgingen, voor een andere vrouw. Blijkbaar had hij er al langer een relatie mee.
Zij was altijd huisvrouw geweest. Verloor haar huis en inkomen, kreeg enkel de wettelijke alimentatie en die geeft haar een inkomen ver onder het bestaansminimum. Ze woont nu in een kleine studio. Moet sparen om haar kleinkinderen een klein kadootje te kunnen geven met hun verjaardag terwijl hij met grote kado’s kan uitpakken enzovoort…
Ze heeft destijds een droom ingebracht die me raakte, ik weet niet meer welke.
Wel weet ik dat mijn begeleiding zich er op richtte om haar realiteit te leren aanvaarden, hoe hard die ook is. De vierde dag kwam ze niet meer, zonder te verwittigen, ze was ook niet bereikbaar.
Ik voelde me schuldig, maar wist niet waaraan.
Ik had heel erg mijn best gedaan voor deze vrouw, maar het bleef ontoereikend.
Ik heb daar lang meer rond gelopen, uiteindelijk zakte het weg in de tijd.
Tot mijn zus verlaten werd door haar man.
Mijn zus sloot zich voor iedereen af.
En al maakte ze geen contact, ik ben heel aanwezig gebleven. Pas toen ik mijn verontwaardiging kon toelaten, kon ze me de diepte van haar pijn laten zien…hoe ze letterlijk niet meer wilde leven…
En dat deed niets af aan de liefde voor haar kinderen.
Daar, aan de poorten van de dood, vond ze een uitweg en vreemd genoeg, kon zo het licht terugkeren.
En soms, als ze het moeilijk heeft, vertoeft ze nog aan de poorten van de dood. En dat is goed, en meer dan goed, de dood zo toelaten getuigt van heldenmoed.
Weet hebben van sterven geeft haar de kracht om te leven.
Pure aanwezigheid ook in haar verontwaardiging, dat had ik voor voor mijn cliënte ook willen betekenen, dan had ze de diepte van de pijn kunnen nemen en kon het licht terugkeren. Ik heb er nog altijd spijt van. Soms zou ik haar willen opzoeken. Maar het is te lang geleden, het vindt nu rust in de tijd.’
Een andere deelnemer brengt in: ‘Je had toen de levenswijsheid nog niet. Nu heb je ze wel. Dank om ze met ons te delen.’
Aruna vraagt haar de kring nog eens rond te kijken.
Nancy koestert zich in de serene betrokkenheid van deze mooie mensen.
Aruna citeert een uitspraak van één van haar leermeesters:
‘Als de diepte van de pijn genomen wordt, verdwijnt de zwaarte.’
Iemand vult aan:’En komt het licht terug.’
‘Wat is het fijn elkaar op deze laag te ontmoeten.’